Vaccineren van zorgmedewerkers: - gezondheidsrechtelijke en grondrechtelijke aspecten

Translated title of the contribution: Vaccination of healthcare workers: - health law and fundamental law aspects

Rogier C. Simons, Aart Hendriks

Research output: Contribution to journalArticleProfessional

Abstract

Covid-19 heeft Nederland bijna twee jaar in zijn greep gehad.
Inmiddels heeft de overheid vrijwel alle coronamaatregelen opgeheven. Niet
duidelijk is of dat laatste voor lange tijd zal zijn. De huidige minister van
Volksgezondheid Welzijn en Sport (VWS) sluit niet uit dat er in de toekomst
een nieuwe lockdown komt. Of dat gebeurt, is mede afhankelijk van het aantal
mensen dat zich tegen covid-19 laat vaccineren. Dat aantal is momenteel relatief
laag. Dat geldt eveneens voor zorgmedewerkers. Zo kwam van alle werknemers
in de zorgsector slechts 61 procent opdagen voor de boostervaccinatie; dit in
tegenstelling tot 83 procent voor de eerste vaccinatieronde.
Een hoge vaccinatiegraad onder zorgpersoneel is echter van groot belang. Dit geldt niet alleen voor covid-19, maar ook voor andere infectieziekten, zoals influenza en hepatitis B. Onderzoek toont aan dat zorgpersoneel, ondanks het dragen van beschermende kleding, vaak een hoger risico heeft om een infectieziekte, zoals covid-9, op de werkvloer op te lopen.6 Als gevolg hiervan heeft geïnfecteerd zorgpersoneel niet alleen het risico om zelf uit te vallen en daarmee bij te dragen aan arbeidskrapte, maar vormt deze groep ook een risico voor de (kwetsbare) mensen waarmee zij kunnen werken.7 Dit roept de vraag op of het vaccineren van zorgmedewerkers zo nodig verplicht moet en kan worden opgelegd en, zo ja, of er voor bepaalde groepen een uitzondering kan worden gemaakt. In deze bijdrage gaan wij in op de gezondheids- en grondrechtelijke aspecten van een vaccinatieplicht, toegespitst op zorgpersoneel met (religieuze) gewetensbezwaren. Deze analyse focust zich op de situatie in Nederland. Omdat
deze discussie ook elders wordt gevoerd, kijken we daarbij ook naar de ontwikkelingen in het buitenland. In paragraaf 2 bespreken we recente uitspraken van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (hierna: ‘EHRM’ of ‘Hof’) en het Amerikaanse Hooggerechtshof, een gerechtshof dat zich reeds specifiek boog over de thematiek van deze bijdrage. In paragraaf 3 bezien we de balans tussen vaccinatie als overheidstaak en de plicht andere grondrechten te beschermen. Wij staan in deze paragraaf tevens stil bij de penibele positie van de (religieus) gewetensbezwaarde zorgmedewerker in het vaccinatiedebat. In paragraaf 4 bespreken we in hoofdlijnen het (wettelijke) vaccinatiebeleid van drie
buurlanden van Nederland: Duitsland, België en het Verenigd Koninkrijk (meer
in het bijzonder Engeland). Hierbij gaan we meer specifiek in op de invloed
die covid-19 heeft gehad op het vaccinatiebeleid voor zorgpersoneel en hoe om
wordt gegaan met (religieuze) gewetensbezwaren. In paragraaf 5 behandelen
wij de juridische mogelijkheden voor het opleggen van een vaccinatieplicht
door een zorginstelling (als werkgever), waarbij zowel publiek- als privaatrechtelijke aspecten worden besproken. Paragraaf 6 bevat een slotbeschouwing, gevolgd door een antwoord op de hoofdvraag. Ondanks de omstandigheid dat in deze bijdrage de focus ligt op vaccineren tegen Covid-19, beperkt de discussie omtrent vaccineren zich niet tot deze infectieziekte. Ook bij andere infectieziekten, nu en in de toekomst, doet zich de vraag voor of er een vaccinatieplicht moet komen. Op enkele plekken hieronder verwijzen we daar ook naar.
Translated title of the contributionVaccination of healthcare workers: - health law and fundamental law aspects
Original languageDutch
Article number2022-2
Pages (from-to)133-1571
Number of pages25
JournalTijdschrift voor Recht en Religie
Volume2022
Issue number2
Publication statusPublished - 14 Dec 2022

Keywords

  • Covid-19
  • Vaccinatie
  • Zorgpersoneel

Cite this